“Why did you want to climb Mount Everest?”
“Because it’s there.”
George Leigh Mallory in de The New York Times (18 maart 1923)
De Valenberg is het hoogste punt in de gemeente waar ik woon. Schrik niet: 55 meter boven nieuw Amsterdams peil. De Valenberg geeft een prachtig uitzicht over de natuurgebieden Mossel en Planken Wambuis. Met enig geluk sluipt een vos over de vlakte of wroeten wilde zwijnen even verderop in de grond. Aan de horizon zijn bij helder weer Hoog Buurlo en Apeldoorn te zien. Het is de berg die ik het meest beklim, wandelend, op de mountainbike of hardlopend. Als ik even uitrust op het uitzichtpunt en geniet van de Veluwse natuur, denk ik vaak aan al die andere toppen die ik beklommen heb. Jammer dat hier geen ‘echte’ bergen zijn. 55 Meter, dat is toch helemaal niks vergeleken bij de 5898 meter van de Kilimanjaro waarop ik twee keer stond.
Bergmeer
Daar liggen godvergeten zonbeschenen stenen
heet te worden, af te koelen.
Geen mens, geen dier om het te voelen.
Alleen wij, nu, even.
Judith Herzberg uit ‘Zeepost’ 1964
Ik verlang naar de bergen.
Naar de gletsjers en de sneeuw.
Naar het avontuur en de spanning van het klimmen.
Naar het bereiken van de top!
Naar de fysieke inspanning van een lange huttentocht.
Ik zie ons als gezin weer langs een steile klettersteig in de Dolomieten gaan.
Ik denk terug aan tochten met goede vrienden.
Ik denk aan heikele momenten tijdens beklimmingen.
Fantastisch landschap.
Fenomenale uitzichten.
Angst als de natuur zich in haar grootsheid verheft.
Lawines, storm, bliksem.
Weer dat plotseling omslaat.
Maar ook de bloeiende edelweiss of grazende gemzen.
Ik mijmer maar wat hier op de Valenberg.
Het zal niet lang meer duren voordat ik weer richting Alpen vertrek.
En als ik terug kom, schrijf ik verhalen.
“Die Berge, die es zu versetzen gilt, sind in unserem Bewusstsein.”
Reinhold Messner