Gran Paradiso in de herfst

      Reacties uitgeschakeld voor Gran Paradiso in de herfst
Zicht op de Gran Paradiso en de Grivola (links) vanaf de Col Basey

Zicht op de Gran Paradiso en de Grivola (links) vanaf de Col Basey

Het is bijna half twaalf in de zonnige herfstochtend van dinsdag 10 september 2024. We arriveren op de brede en lange Col Basey (3.160 meter) in de Gran Paradiso. Rond half negen vertrokken we uit de rifugio Benevolo om de 879 meter naar de col te overbruggen. Eerst door het stroomgebied van de Dora di Rhêmes met veel almweiden met koeien en schapen. Dan omhoog over de morenen van de grotendeels teruggetrokken gletsjers. Het uitzicht is werkelijk prachtig. In het westen het Mont Blanc massief waarbij de gelijknamige hoogste berg van de Alpen uittorent boven alle andere toppen. In het oosten de Gran Paradiso, met 4.061 meter de hoogte berg van dit gebied. Noordelijk daarvan de piramidevormige Grivola met 3.969 meter ook geen kleine jongen.
Tineke en Herman gaan nog even door naar de Punta Basey (3.338 meter) met zicht op de Matterhorn. Ik ga niet helemaal mee omhoog en spaar mijn pijnlijke knie….

Hieronder een korte videoimpressie van het zicht vanaf Col Basey

Vorig jaar september spoelden we van de Bielerhohe weg. We zouden gaan klimmen in de Silvretta. Mooi plan met de Jamtalhütte, een overgang naar de Wiesbadener Hütte, met beklimmingen van de Dreilander Spitze, de Piz Buin en de Silvrettahorn. Na twee dagen dropen we letterlijk af.
Nieuwe zomer, nieuwe kansen, we zouden opnieuw naar de Silvretta in het Oostenrijkse Vorarlberg op de grens met Zwitserland. Wederom zijn de weersvoorspellingen dramatisch. Dus alle reserveringen geannuleerd. De enige plek in de Alpen waar het stabiel goed weer lijkt te zijn is de Gran Paradiso. Het oudste nationaal park van de Alpen in de Italiaanse Valle d’Aosta zuidelijk van het Mont Blanc massief. Het is een erg mooi berggebied, omdat het als nationaal park gespaard is gebleven van grote hotels en skiliften.

Maarten onderweg naar de Col Basey

Maarten onderweg naar de Col Basey

Het zien van de Gran Paradiso roept bij mij ogenblikkelijk herinneringen op. In 2000 beklom ik deze berg samen met mijn toen zestienjarige dochter Marieke en mijn vriend Jan en zijn evenoude zoon Ewout. De avond voor de bestijging liepen we naar de rifugio Vittorio Emanuele II die op 2.775 meter ligt. De volgende ochtend heel vroeg in het donker op weg. Dan volgt een weliswaar niet moeilijke, maar ellelange tocht over de gletsjer naar de top. De sneeuw is zacht door de zon en dat maakt het zwaar. Ewout zijn stijgijzers raken in het begin steeds los. Al met al met z’n vieren op de top met het beeld van de Heilige Maagd. De afdaling is slopend. De auto staat in Pont op 1960 meter, dus maar liefst 2.100 meter dalen!

Maarten, Ewout en Marieke op de top van de Gran Paradiso, 4.061 meter - zomer 2000

Maarten, Ewout en Marieke op de top van de Gran Paradiso, 4.061 meter – zomer 2000

De Col Basey roept meer herinneringen op. Iets verderop ligt de aansluitende Colle di Nivoletta (3.138 meter). Afien en ik maakten met Marieke, Irene en Renate in 2000 een tocht vanuit de rifugio Benevolo, waar we de nacht ervoor geslapen hadden. We gingen over de Colle di Nivoletta naar de rifugio Savoie.
Het was een mooie, maar ook een bepaald lastige tocht. Wanneer we de almweiden verlaten, kruisen we een rivierbedding en dan loopt het pad dood. We moeten zelf op zoek naar onze route over de puinhellingen en door kleine sneeuwveldjes. Hier en daar staat een steenmannetje. Het gaat zonder problemen. Na een uur of vier komen we op de col aan. Het uitzicht is mooi. Beneden ons liggen karakteristieke blauwe meertjes.
Terwijl Afien de lunch uitserveert, maak ik me zorgen over de afdaling. De oostkant van de bergkam is steil en ik zie niet direct waar we af moeten dalen. Dan eerst maar even eten.

Maarten, Tineke en Herman op de Col Basey

Maarten, Tineke en Herman op de Col Basey

In mijn aantekeningen schreef ik later:
Er komen een Duitse man en vrouw aan lopen. Kaart en kompas in de hand.
Wo müssen wir absteigen?
Ich weiss das auch nicht, ich gehe so bald suchen, gehen sie mit?
Nein, wir warten mal.
Ze gaan iets verder op zitten wachten.
Ik ga op zoek en na enig speuren ontdek ik inderdaad een plaats waar je goed de col kunt afklimmen. Het is wel echt klauteren, tot aan enkele sneeuwvelden, waar gespoord moet worden door verse sneeuw, totdat we weer op enigszins herkenbare sporen komen. Het gaat prima, altijd een beetje eng maar ook spannend zo’n sneeuwveld, vinden de dames.
Als ik op het sneeuwveld loop en achteromkijk, zie ik onze Duitse wandelaars keurig in ganzenpas achter Marieke en Irene aankomen. Nou, dat is ook mooi, denk ik, die maken het zich wel heel gemakkelijk.
Als we bij de herkenbare sporen komen, passeren de Duitsers ons. De man steekt lachend duim omhoog en zegt tegen mij: “Wir haben es geschäft!”. Ik denk bij mezelf: “Wat………? Wir………?” Nou, ja……

Afien en Renate dalen af van de Colle di Nivoletta - zomer 2000

Afien en Renate dalen af van de Colle di Nivoletta – zomer 2000

Hoe dan ook, nu in 2024 maken we nog een paar mooi tochten in de Gran Paradiso. Naar de Col Bassac Déré op 3.085 meter. Deze geeft een fenomenaal zicht op Aiguille de la Grande Sassière, de 3.747 meter hoge berg op de grens in met de Franse Haut-Savoie.
We gaan vanuit Valnontey naar de rifugio Vittorio Sella op 2.588 meter hoogte. Dit is de oude jachthut van de voormalige Italiaanse koning. In 2000 was ik in juni voor het eerst wezen klimmen met Tineke en Herman. In augustus ontmoette ik Tineke geheel toevallig opnieuw in deze hut. Tineke en Dick hun zoons waren vier en vijf jaar, onze kinderen tussen de elf en zestien. Wat hebben we onze kinderen niet aangedaan met al die zware bergtochten….
De volgende ochtend dalen we af naar Valnontey en genieten van de vele steenbokken en gemzen in dit gebied.
Volgend jaar nog een keer de Silvretta inplannen…..?

Beneden in het dal de rifugio Benevolo

Beneden in het dal de rifugio Benevolo

N.B. We klommen eerder wel met super weer in de Silvretta: lees ‘Prachtige hoogtoeren in de Silvretta’.